Beestje en baasje #1: Wolfje en Rose
In de rubriek ‘Beestje en baasje’ vertellen we het mooie afscheidsverhaal van een baasje en hun trouwe viervoeter.
Vandaag deel #1: Wolfje en Rose
15 mooie jaren lang week Wolfje niet van haar zijde. Maar toen de geliefde wandelingen zelfs met het wandelkarretje te veel werden, wist Rose Kleiboer ten Hoope dat de tijd van afscheid gekomen was. Dankzij liefdevolle visualisaties kon ze het gemis verwerken.
Wat voor een hond was Wolfje?
‘Wolfje had een te kort voorpootje. Door een misstap als puppy brak ze haar pootje. De dierenarts moest haar pootje inkorten, om de delen zo goed met elkaar te verbinden. Ze liep daardoor haar hele leven wat mank, maar eigenlijk heeft ze er niet veel last van gehad. Als een typische Jack Russel, was ze een energieke spring in het veld. En een beschermend typje. Wolfje ging elke dag met mij mee naar de paardenstal. Als er dan ineens een muis tevoorschijn kwam, gilde ik het uit. Wolfje deed haar naam dan eer aan en ging er als een ware jager op af. Die rustte niet voordat de muis weg was. De laatste jaren ging het minder met haar gezondheid. Het wandelen werd een uitdaging en ze zakte regelmatig door haar pootje. Dan viel ze met haar snuit op de grond, zo sneu! Daarom heb ik toen een wandelwagentje voor haar gekocht. Gekscherend noemde ik dat ‘De Taxi’. Daarmee konden we toch wat verder komen en kon ze in de weilanden bij ons in de buurt lopen snuffelen. Als ik zei: ‘kom we gaan in De Taxi’ werd ze meteen helemaal hyper en blij, haha. Dat vond ze helemaal fantastisch.’
Wanneer wist je dat het afscheid naderde?
‘Wolfje was er steeds slechter aan toe. Ze was constant aan het drinken en moest vaak plassen. De constatering van de dierenarts was: een nierbeschadiging. Als ze voor de zoveelste keer in huis had geplast, keek ze me zo schuldig aan. Ze had continu dorst en kwam nauwelijks haar mandje uit. Het klinkt een tikkie zweverig, maar ik voelde dat het tijd was om met haar te overleggen wat ik moest doen. Hoe het nu verder moest. Ik ben bij haar gaan zitten en werd direct heel emotioneel. Ik kreeg heel sterk het gevoel: het is goed zo. De ochtend daarna ben ik met haar in ‘De Taxi’ op pad gegaan. Op naar haar favoriete plek: het bos bij ons in de buurt. En we wisten allebei: dit is de laatste keer. Niet kort daarna heb ik een afspraak gemaakt bij de dierenarts, die snapte waarom we kwamen. Ik was gelukkig bij haar tot het einde.’
Hoe heb je het kunnen verwerken?
‘De periode die volgde was zwaar. Er hebben heel wat tranen gestroomd. Ik ben teruggegaan naar het bos waar we samen graag wandelden. Het stormde buiten. En in mijn hoofd ook. Daarom besloot ik een visualisatie toe te passen. Ik visualiseerde een prachtig bos waar het heerlijk weer was. De mooiste bloemen, het groenste gras en jonge blaadjes aan de bomen. Ik zag mijn Wolfje spelen, rennen en springen van plezier. Het was een prachtige plek voor haar en ik genoot mee. Toen voelde ik het gemis weer. En het verdriet. Daarom visualiseerde ik een nieuwe plek: een stormig strand, met hoge golven en harde wind. Ik liet de wind mijn hoofd leegwaaien. Op dat moment besefte ik iets belangrijks: ik heb het meest van Wolfje gehouden en uit liefde gekozen om haar deze rust te gunnen. Het is goed zo. Toen kwam het beeld van het stormige strand terug, maar de zon brak langzaam door. Ik zag mezelf samen met Wolfje over het strand wandelen. Het werd steeds lichter. En zo voelde het ook. Door deze visualisatie heb ik mijn verdriet beter kunnen verwerken. En dat gun ik iedereen!’